A3.02.01 Overhead € 181.000 V
Binnen het programma de 'Toegankelijke gemeente en persoonlijke overheid' zijn de meest gevraagde producten voor burgers en bedrijven digitaal beschikbaar gemaakt. Deze digitale beschikbaarheid zit aan de voorkant van het proces. Het digitaliseren en automatiseren van de 'achterkant' van het proces heeft vertraging opgelopen doordat de werkzaamheden voor de 'voorkant' van het proces meer tijd vroegen dan gepland. Hierdoor is een deel van het begrote budget niet besteed in 2017 (€ 74.000V).

De abonnementskosten zijn lager uitgevallen in verband met een scherpe aanbesteding voor de luchtfoto’s en de panoramafoto’s. We nemen nog steeds dezelfde producten af maar door nieuwe aanbieders (zoals Google maps) zijn de prijzen voor dit soort producten omlaag gegaan (€ 34.000V).

Een incidenteel voordeel is ontstaan door lagere energielasten voor gemeentelijke huisvesting in 2017 (€ 29.000V)

Door de toename van het aantal werkplekken voor de Regionale Backoffice Lekstroom hebben wij meer kosten kunnen doorbelasten voor ICT dienstverlening en huisvesting dan begroot (€ 76.000V).

Tijdens het opstellen van de begroting worden de kostenplaatsen op basis van voorcalculatie aan de producten doorbelast. Als gevolg van nieuwe regels Besluit begroting en verantwoording (BBV) in 2017 worden de kostenplaatsen bij de rekening op basis van de werkelijke kosten (salarissen en inhuur van derden) doorbelast aan de producten. Daarom is er geen saldo kostenplaatsen meer           (€ 32.000N).

A4.02.01 Treasury € 571.000 N
Met ingang van 2017 zijn de waarderings- en verslagleggingsregels ten aanzien van ‘rente toerekening’ aangescherpt. Deze aanscherping is vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Vanaf 2017 moet de ‘reële’ (omslag) rente in de begroting en jaarrekening worden verwerkt. Omdat de werkelijke rentelasten in euro’s, die over een jaar aan taakvelden waren doorbelast meer dan 25% afwijken van de rentelasten in euro’s die op basis van de voorgecalculeerde renteomslag aan de taakvelden hadden moeten worden toegerekend, is de toegerekende renteomslag verlaagd van 2,5% naar 2%.
Het hierdoor ontstane nadeel op de financieringsfunctie binnen dit deelprogramma wordt opgeheven door een voordeel op de diverse taakvelden waarbij evenredig lagere rentellasten voor kapitaalgoederen worden doorbelast (per saldo nagenoeg budgettair neutraal).

In de paragraaf Financiering wordt inzicht gegeven in de rentelasten, het renteresultaat en de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend.

A6.02.01 Overige baten en lasten € 94.000 V
Extra lasten zijn het gevolg van de vorming van een voorziening voor de problematiek met de dakconstructie van het Wijkcentrum / cultuurhuis Schoneveld (€ 1.578.000N).

Tijdens het opstellen van de begroting worden de kostenplaatsen op basis van voorcalculatie aan de producten doorbelast. Als gevolg van nieuwe regels Besluit begroting en verantwoording (BBV) worden met ingang van 2017 de kosten voor salarissen en inhuur bij de rekening op basis van werkelijke kosten doorbelast aan de producten. Het totale resultaat op de verschillende kostenplaatsen voor salarissen en inhuur en de relatie met mutaties in de bestemmingsreserve organisatieontwikkeling worden in de paragraaf Bedrijfsvoering integraal toegelicht (€ 607.000V).

De overschotten t/m 2013 vanuit het participatiebudget zijn gestort in de bestemmingsreserve WWB-werkdeel; dit was niet begroot (€ 134.000 V). Op deze manier blijven de middelen beschikbaar voor het doel, waarvoor het Rijk deze middelen geeft. Zie ook het programma 'Samen leven' en onvoorzien', deelprogramma 'Overige baten en lasten'. Hier wordt de storting van deze middelen toegelicht.

De reservering van WSW-middelen voor de afrekening over de periode 2014-2016 is vrijgevallen. Dit is het gevolg van de wijziging van het woonplaatsbeginsel waardoor het risico voor een te trage afbouw van WSW-ers niet meer aanwezig is. Daarnaast heeft een lagere afrekening 2014 vanuit het Rijk over deze periode ook tot een voordeel geleid (€ 272.000V).

De reservering voor de afwikkeling van Vakwerk over 2010 is eveneens vrijgevallen. Deze middelen waren geoormerkt vanwege het samenwerkingsverband tussen de gemeente Houten en het ROC om mensen in de bijstand toe te leiden naar duurzaam werk. Niet alle beschikbare middelen zijn nodig geweest en de termijn waarop nog gefactureerd mag worden is nu verjaard (€ 97.000V).

Aan de voorziening 'verliesgevend complex Vinex' is een bedrag van € 891.000 onttrokken ten gunste van het concernweerstandsvermogen grondexploitaties. Daarnaast moet er voor een verliesgevend complex 'Woningbouw Tuurdijk ’t Goy' een voorziening voor een bedrag van € 450.000 worden gevormd. Deze mutaties zijn gebaseerd op de herziening grondexploitaties van februari 2018 en verlopen via de algemene baten en lasten (per saldo € 441.000N).

We hebben meer compensabele BTW betaald op de producten afval en riolen ten opzichte van de begroting 2017.  Deze compensabele BTW mag niet in mindering gebracht bij de tariefsbepaling en is daarom een voordeel voor de gemeente (€ 101.000V)

Saldo van diverse kleinere bedragen (€ 20.000V)

A6.02.02 Resultaat van de rekening van baten en lasten € 1.033.000 V
Dit betreft het (voordelige) saldo van de Algemene dienst dat bij de tweede bestuursrapportage 2017 is begroot na wijziging van de begroting 2017.

A8.02.01 Mutatie reserves algemeen- lasten € 454.000N
Het betreft een teruggaaf van in eerdere jaren beschikbaar gestelde middelen € 891.000N,welke           benodigd waren voor de vulling van de voorziening verliesgevend complex Vinex (een voordelig resultaat uit de herziening grondexploitaties februari 2018, waardoor voorziening overbodig wordt). Daarnaast moet er voor een verliesgevend complex Woningbouw Tuurdijk ’t Goy een voorziening gevormd worden
€ 450.000V, die weer gefinancierd wordt uit het concernweerstandsvermogen grondexploitaties.

Diverse kleinere bedragen (€ 13.000N)

A8.02.01 Mutatie reserves algemeen- baten € 787.000N
Aan de bestemmingsreserve organisatieontwikkeling is minder onttrokken dan begroot. Enerzijds is het voordelig resultaat van salaris- en inhuurkosten 2017 ingezet voor capaciteitsvraagstukken begin 2018 en anderzijds zijn geoormerkte (project)budgetten door een gewijzigde fasering doorgeschoven naar 2018. In de paragraaf Bedrijfsvoering worden deze mutaties nader toegelicht (€ 652.000N).

Het budget voor de versterking en (door)ontwikkeling van de organisatie is in 2017 deels niet nodig geweest. In 2018 krijgt deze versterking pas echt vorm en zullen deze extra kosten wel gemaakt worden. Dit heeft een lagere onttrekking aan de algemene beklemde reserve in 2017 tot gevolg (€ 123.000N).

Diverse kleinere bedragen (€ 12.000N)